Nieuwbouw
aan
6% BTW

Ik woon hier pico bello

Paul woonde 13 jaar lang in een dorpje in de Ardennen. Naar eigen zeggen: in ‘t hol van Pluto. Een dorp waar geen bakker, slager of café was. Het werd voor Paul (71) na een val te moeilijk om alleen in het huis met grote tuin te wonen, dus hij verhuisde in april 2022 naar een assistentiewoning in de Pier Kornel-buurt in Aalst. “Ginder had ik de rust, de natuur en de bomen. Maar hier heb ik vrienden, een nieuw sociaal leven en ben ik helemaal opengebloeid,” vertelt hij.
Toen duidelijk werd dat Paul moest verhuizen, regelde zijn broer een assistentiewoning voor hem. Paul vertelt: “Hij heeft er verschillende bezocht en met elkaar vergeleken. Dit appartement was zeer ruim, en voor een correcte prijs. We hapten onmiddellijk toe.” Paul gaf in de Ardennen zijn meubelen weg aan mensen die getroffen werden door de overstromingen (van 2021 n.v.d.r) en trok in in zijn nieuwe appartement in Aalst.
Marie-Paule in haar woning

Dansen op het terras

“Ik heb hier een panoramisch uitzicht op de hele stad. Ik zie de boten voorbij varen, ik zie de treinen rijden, ik zie de Onze-Lieve-Vrouwetoren vanuit mijn raam,” vertelt Paul. “Maar als het raam dicht is, is het hier wel muisstil, dus ‘t is heel goed geïsoleerd.”

Hij nodigt soms buren uit als er iets te beleven valt in de stad: “Met carnaval stellen alle wagens zich langs de Dender op, en hadden wij vanuit mijn appartement een goed zicht op het gebeuren.” Hij vervolgt: “Mijn terras is echt groot: er kan een tafel met twee stoelen op, plus een kastje. Om mijn was te drogen, zet ik het droogrek er nog bij. Als ik wil, kan ik erop dansen. Zo groot is het.”

Sociaal leven neig verbeterd

Paul komt met veel buren goed overeen. Samen met buurvrouw Marie-Paule hield hij tot voor kort twee keer per week de ontmoetingsplaats open, in één van de drie gebouwen op het gelijkvloers. “Wij reden dan om koffie, om pintjes, om frisco’s. Er kwamen toch altijd zo’n 12 tot 15 buren naar die koffiemiddagen.”

Ze verkochten de drankjes met een klein beetje winst. Om dan op Pasen met eitjes en op Sint-Maarten met peperkoek of speculoos te trakteren. “We organiseerden al eens een etentje en legden wat bij uit de kas, zodat de prijs laag genoeg bleef,” vertelt Paul. “Ik heb hier veel nieuwe vrienden gemaakt. Mijn sociaal leven is neig verbeterd.”

Soeptrien en kinesist

Bijna elke week kan je Paul wel eens vinden bij lunchbar De Soeptrien, op het gelijkvloers van de assistentiewoningen. “Als we onze boodschappen doen, hebben we niet veel tijd om te koken, en dan gaan we daar een hapje eten. Je kan altijd kiezen tussen drie soorten soep. Heel lekker,” vindt Paul.

“En wat nog gemakkelijker is voor veel buren: de kinesist gaat een praktijk starten op de andere hoek. Dan moet je maar met de lift naar beneden gaan en je bent er,” vertelt hij enthousiast. “Trouwens, ik ben nog goed ter been, dus ik stap van hier in vijf minuten naar het station van Aalst. En nog twee minuten verder ben ik op de Grote Markt.”

Zonneschijn

“Als ik aan mijn appartement denk, kan ik alleen maar goede dingen zeggen,” vertelt Paul. “Zoals de verwarmingskosten. Als ik dat vergelijk met mijn huisje zonder isolatie in de Ardennen is het verschil enorm.”

“Ik heb ‘s morgens de zon in huis, en ‘s avonds opnieuw. Op zonnige dagen in de winter slaat de verwarming niet eens aan omdat het aangenaam warm is in huis,” legt Paul uit. Of het in de zomer dan niet te warm wordt? “Vanaf een bepaalde temperatuur schuiven er automatisch screens naar beneden. Die houden de warmte tegen, maar laten wel zonlicht door. Pico bello, echt waar.”

Een foto van Marie-Paule